Het oog wil ook wat, dat heeft Marc Cosyns goed begrepen. Dan hebben we het niet over zijn partner (alhoewel dat wellicht eveneens opgaat, maar dat terzij), maar over de bundel 'Verhalen voor het sterven gaan'. Zijn houtskleurige kaft, tekeningen in grijstint en kaders die doen denken aan de Hollandse tegeltjeswijsheden doen een beetje ecologisch aan. Geen enkele pagina is hetzelfde, zowel qua opmaak en lay-out als de inhoud.
Vijftig auteurs heeft Cosyns weten te strikken. Vijftig auteurs die, elk op eigen wijze, hun ervaring (of mening over) sterven in schitterende woorden weergeven. Of beeld, in het geval van Koen Broos en Silvie Moors. Of een combinatie van beide, zoals Sofie Sergeant en Saar de Buysere laten zien met hun strip over jonge honden. Na die strip is je vocabulair heel wat betekenissen rijker. Want wie weet dat een 'bever' een doodsbange hond is, of een 'oorhanger' een hond die immer harde muziek luistert die uit zijn hoofdetelefoon oftwel oortjes schalt?
Cosyns heeft bevriende en bekenniste schrijvers en tekenaars gevraagd, velen gesitueerd in zijn thuisstad Gent. Veel verhalen vinden dan ook op de oude straten van de Oost-Vlaamse stad plaats, maar het thema is zo algemeen dat het voor iedereen herkenbaar is. Ieder verhaal is uniek en speciaal voor deze bundel geschreven, behalve, eerlijk is eerlijk, de bijdrage van Maarten Inghels. Maar om met Cosyns te spreken, deze bijdrage past er zo goed in dat de uitzondering werd gemaakt.
De verhalen zijn grappig, ontroerend, verdrietig, maar bovenal liefdevol. De meeste zijn zeer persoonlijk, anderen maken liever gebruik van diertjes om hun emoties uit te drukken. Toch is het verhaal van de vlieg en de slak niet minder aandoenlijk. Of het verhaal van de slang en de schildpad, die elkaar op het einde van hun levensweg voor het eerst ontmoeten en besluiten samen tot het einde te reizen. Ook woordkunstenaar Stijn Vranken heeft een schitterende bijdrage geleverd. De zin "Niets is ooit alles, maar veel is toch wel het minste dat van ons mag worden gezegd" resoneert nog lang na. Of het verhaal van Ann Peuteman, dat je "het worden van een kaartje op iemands kast, dat in het voorbijgaan achteloos wordt gestreeld", verdienen moet door eerst te leven.
De verhalen en stijlen zijn zo divers, dat je de verhalen met gemak aan een stuk door kunt lezen. Je kunt ze gebruiken bij een dodenmis, als je verdrieitg bent, naar woorden moet zoeken, gewoon prachtige teksten wilt lezen of zelfs wanneer je zielsgelukkig bent. Een bundel met een hoog niveau aan poezie en literatuur dus, die ook nog eens prachtig staat in je boekenkast.
donderdag 20 februari 2014
Verhalen voor het sterven gaan -> Cutting Edge
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten