She turns her back on what gets too much. Fixing her gaze on some distant point of refuge leaves less space for pain. But she can still feel the staring eyes, and she does not forget.
She read somewhere that modelling can feel a little like meditation. Sure it can. If, just like with meditation, you manage to forget about yourself. To breathe in and out and fly off to inner horizons. But that isn’t working very well in this cold studio, where the agonizing heater is trying to come to life amidst a chorus of gurgling hiccups. The smells of paint, dust and pencil flakes aren’t enough to keep yourself warm.
A cupboard door closing. Pots, pens, brushes clattering. A chair’s legs scraping across the rough surface of the floor.
She lets him look at her. She tries to pretend she’s not shivering.
Graphite coursing across paper sometimes sounds like the very thin rushing of waves. She is waiting for the surge along the fresh sheet, the smaller, faster onsets, the broader strokes.
In her head last night’s events replay like a movie. The dishes with water that had gone from tepid to almost cold. The front door slamming shut, a stroke of fate.
She bows her head in the face of what cannot be taken back. Inside her, quietly, silences reside.
///
The SAPLING series is a joint project with writer Kirstin Vanlierde.
Saplings are creative sprouts. She will write to the images, I will draw to the words.
Saplings are creative sprouts. She will write to the images, I will draw to the words.
///
/// Zwijgend ///
Wat haar te veel wordt, keert ze de rug toe. Met haar aandacht op een rustpunt in de verte is er
minder ruimte voor pijn. Maar ze voelt de starende ogen, en ze vergeet niets.
Poseren kan lijken op meditatie, las ze ergens. Inderdaad, dat kan. Als je, net zoals bij meditatie, erin
slaagt om jezelf te vergeten. In en uit te ademen en weg te vliegen naar innerlijke horizonten. Maar
dat wil niet zo goed lukken in dit koude atelier, waar de zieltogende verwarming zich gorgelend op
gang probeert te trekken. Aan de geur van verf, stof en scherpsel kun je je niet warmen.
Een kastdeur kletst dicht. Gerammel van potjes, pennen, penselen. Het geschraap van stoelpoten
over de ruwe vloer.
Ze laat hem kijken. Ze probeert te doen alsof ze niet rilt.
Ze laat hem kijken. Ze probeert te doen alsof ze niet rilt.
Grafiet over papier klinkt soms als het heel dun ruisen van golven. Ze wacht op de halen over het
verse vel, de snelle kleine aanzetten, de bredere bewegingen.
Ze speelt de film van de vorige avond nog eens af in haar hoofd. De afwas met water dat al bijna
koud geworden was. Het dichtslaan van de voordeur, als een slag van het noodlot.
Ze buigt haar hoofd voor wat niet terug te nemen valt. In haar gaan zwijgend stiltes schuil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten